Ook in 2019 gaat de NMo door met het organiseren van de inmiddels welbekende NMo NU bijeenkomsten. In vier middagen worden verschillende actuele onderwerpen uit de erfgoedzorg behandeld. Daarnaast is er volop gelegenheid tot netwerken en het uitwisselen van ervaringen.
De eerste bijeenkomst van dit jaar vond plaats op donderdag 7 februari. De NMo mocht de deelnemers –60 in totaal– deze keer ontvangen in de kerkzaal van De Wittenberg, de voormalige Evangelisch-Luthers Diaconie Oude Mannen- en Vrouwenhuis Amsterdam. Een passende locatie voor een NMo NU bijeenkomst waarin we ingingen op het thema ‘Kerkenvisies: een impuls voor de toekomst van monumentale kerkgebouwen in Nederland’.
Frank Strolenberg, programmaleider Toekomst Religieus Erfgoed, was de eerste spreker. Vanuit het perspectief van de rijksoverheid vertelde hij over het hoe, wat en waartoe van het instrument kerkenvisie. Hij startte zijn presentatie met een live enquête. Door de deelnemers tien vragen te laten beantwoorden, kon de spreker het publiek een leerzame spiegel voorhouden over hun idee van de betekenis van kerkgebouwen, en van knelpunten en succesfactoren van een kerkenvisie. Na deze interactieve start, vertelde Strolenberg meer over de noodzaak tot het begeleiden van verandering van kerkgebouwen. Van de in totaal ruim 6.500 gebedshuizen zal in de komende jaren naar verwachting 30-80% zijn religieuze functie verliezen. Hoewel ook deze trend van verandering een constante factor is in de geschiedenis van de kerken, is er grote behoefte aan het bieden van nieuwe perspectieven op het gebruik van deze categorie bijzondere gebouwen. En die nieuwe kansen worden ook gezien door ondernemers, nieuwe kerkgenootschappen, burgers en de generatie van de millennials. En dat er veel nieuwe functies op een mooie manier kunnen worden ingepast in een kerk, toonde Strolenberg met verschillende recente voorbeelden. Maar het zou zo mooi zijn als dit alles vanuit een integrale visie zou plaatsvinden, waarin op lokaal niveau wordt gekeken hoe de toekomst er voor alle kerken in een gemeente kan uitzien. En dat is precies wat de Programmalijn Lokale Integrale Kerkenvisies beoogt te doen. Het is een instrument dat die dialoog helpt vormgeven en de betrokken partijen ondersteunt om gezamenlijk, gedragen strategische keuzes te maken. Met dezelfde bouwstenen, kan zo elke kerkenvisie een eigen vorm krijgen die aansluit bij de wensen en behoeften van de betrokken partijen.
Hoe zo’n integrale kerkenvisie er dan in de praktijk uitziet, vertelde Alice Gut, werkzaam bij de gemeente Utrecht als adviseur monumenten en contactpersoon voor eigenaren en beheerders van beschermde kerken. De gemeente Utrecht telt in totaal 58 beschermde kerken die elk van grote betekenis zijn voor de stad Utrecht. Naast cultuurhistorisch erfgoed, zijn zij belangrijke toeristische trekpleisters, plekken van samenkomst en bakens in de stad. Gut legde uit dat de Utrechtse kerkenvisie op vier pijlers steunt: onderhoud, exploitatie en duurzaamheid; het toeristisch potentieel van een kerk; de rol van gemeente en eigenaar; en het instrument Herbestemmingsprofiel. Deze opzet wordt altijd gevolgd, wanneer een eigenaar of ondernemer zich bij de gemeente Utrecht meldt met een initiatief om een kerkgebouw af te stoten, dan wel een nieuwe functie te geven. Aan de hand van meerdere voorbeelden, toonde Gut hoe de kerkenvisie werkt in de praktijk. Het Herbestemmingsprofiel is een heel belangrijk onderdeel, omdat dit de kernwaarde van de kerk in beeld brengt en aangeeft waar transformatieruimte zit. Dit geeft vroeg in het proces duidelijkheid over waar verandering mogelijk is, wat helpt bij het voeren van gesprekken met projectontwikkelaars en potentiële eigenaren. Het succes van de kerkenvisie, en met name het herbestemmingsprofiel, is groot. De aanwezige kennis is gebundeld, het heeft een impuls gegeven aan een stadsbrede dialoog over de toekomst van de kerken in Utrecht en het draagvlak, zowel bestuurlijk als ook onder de burgers, is verbreed.
Dat het herbestemmen van leegstaande kerkgebouwen een proactieve en ondernemende geest vergt en hart voor de lokale gemeenschap, liet de derde spreker Rian Schonkeren-Hendrix zien. Zij trapte haar verhaal af met een prikkelende stelling: volle kerken in 2050! Maar is dit een visie of een fantasie, vroeg zij hardop aan het publiek. Schonkeren haalde Sible de Blaauw aan: “Kerkgebouwen zijn al eeuwenlang voertuigen geweest van gemeenschap en geloof. Er is geen reden te denken dat de samenleving in de toekomst zonder kan.” Maar dat het in de toekomst wel anders zal gaan, was voor Schonkeren duidelijk. Zij vertelde hoe haar familie werd geïnspireerd door de woorden van paus Franciscus, die een paus is die midden in de samenleving wil staan en mensen oproept om samen te bouwen aan een samenleving waarin plek is voor iedereen. Toen in 2014 in hun woonplaats Weert de voormalige H. Franciscus van Assisi kerk en de voormalige Fatimakerk moesten worden gered van de sloopkogel, kocht de familie beide panden aan. De eerste kerk is niet beschermd, de tweede als gemeentelijk monument. Voor Schonkeren zijn beide kerken echter even waardevol en hebben zij elk een eigen, nieuwe rol gekregen in de lokale gemeenschap. Beide kerken, nu het Franciscus Huis en het Fatima Huis genoemd, bieden ruimte aan verschillende sociale, educatieve en culturele activiteiten. Schonkeren liet zien hoe belangrijk het is om bij dit soort initiatieven ondernemend en enthousiast te zijn. Het toegankelijk zijn voor omwonenden is minstens zo belangrijk als het onderhouden van goede contacten met gemeente en provincie, gaf Schonkeren als tip mee. En vrijwilligers zijn onmisbaar voor het draaiende houden van dit soort projecten. Deze aanpak blijkt te lonen, want in 2018 werden Franciscus Huis en Fatima Huis genomineerd voor de Inspiratieprijs Prins Bernhard Cultuurfonds Limburg. De kerken weer vol in 2050? Met een volmondig ja op die vraag, sloot Schonkeren haar verhaal af: “Met een goede visie kan dat”.
Na de presentaties volgde een geanimeerde discussie. Verschillende mensen in het publiek vroegen zich af of een kerkenvisie ook ruimte bood aan duurzaamheidsvraagstukken. Wat waren de belangrijkste lessen die de sprekers hadden geleerd, vroeg iemand anders. En met de kennis die zij nu hebben, zouden de sprekers hun kerkenvisie nu anders vormgeven? Genoeg om over door te spreken. Robert Quarles van Ufford sprak in zijn dankwoord naar de sprekers toe dan ook de wens uit om deze bijeenkomst in de toekomst een vervolg te geven.